Het Europees Parlement heeft donderdag ingestemd met een verlenging van het auteursrecht op muziekuitvoeringen van 50 naar 70 jaar. De Europese Commissie had gevraagd om de termijn op 95 jaar te stellen.
Het auteursrecht van componisten loopt tot 70 jaar na hun overlijden, maar het auteursrecht van de uitvoerende muzikanten stopt al na 50 jaar na de uitvoering. Omdat het uitvoeringsrecht op veel populaire nummers uit de jaren vijftig en zestig begint te verlopen, stelde Eurocomissaris McCreevy vorig jaar voor om dit naar 95 jaar te verlengen. Zijn argument was dat de uitvoeringsrechten voor veel muzikanten, zeker voor de wat minder bekende artiesten, hun pensioen vormt. Dit argument was echter erg omstreden, omdat uit onderzoeken bleek dat de opbrengsten van een verlenging vooral aan de platenmaatschappijen ten goede zouden komen, terwijl juist de kleine artiesten er vrijwel niets aan over zouden houden.
Omdat er tegen een verlenging tot 95 jaar veel bezwaren bestonden, heeft het Europese Parlement een voorstel om de termijn tot 70 jaar te verlengen in stemming gebracht. Dit voorstel werd donderdag met een meerderheid van 377 tegen 178 stemmen aangenomen. Het EP vindt verder dat er een fonds moet komen ten behoeve van sessiemuzikanten die bij het tekenen van hun contract hun rechten hebben opgegeven. In dit fonds zouden platenmaatschappijen twintig procent van de extra inkomsten uit de verlenging moeten storten. Drie jaar na inwerkingtreding zal de wetgeving moeten worden beoordeeld en eventueel herzien, zo meldt het Europarlement.
Het besluit tot verlenging wordt pas van kracht waneer dit door alle individuele EU-lidstaten is goedgekeurd. Dat zal nogal wat voeten in de aarde hebben, want veel landen zien de verlenging niet zitten. Volgens een diplomaat zijn België, Slovenië, Zweden, Finland, Denemarken, Nederland, Portugal, Oostenrijk, Slowakije en Roemenië tegen de verlenging, meldt EuropeanVoice. Het is dan ook niet waarschijnlijk dat er snel overeenstemming over het onderwerp zal worden bereikt.